
Reisverslag Indonesie 1999
Maandag 26 April / Dinsdag 27 april Om half 10 van huis gegaan met de taxi richting Schiphol. Omdat we zo vroeg waren hadden we de goede stoelen nog voor het uitzoeken, we zitten dus achterin. Rond half een opgestegen richting Singapore. Het toestel van Singapore Airlines was weer voorzien van de gebruikelijke luxe en al filmpjes kijkend vlogen we de uurtjes weer aan elkaar. Om zeven uur 's ochtends (lokale tijd) geland en even voor half negen weer door gevlogen naar Mattaram op Lombok. Op het vliegveld eerst even wat geld gewisseld en geïnformeerd voor een vlucht naar Maumere op Flores. Het blijkt niet meer mogelijk om direct te vliegen van Lombok naar Flores, alle vluchten gaan nu via Denpasar. Meteen maar een reservering gemaakt voor a.s. zaterdag.Vervolgens een taxi genomen naar Tetebatu en ons laten droppen bij de Soedjono bungalows. Tetebatu is een klein dorpje hooggelegen op de helling van de Gunung Rinjani vulkaan. Onze bungalow staat tussen de fruitbomen en vanaf de...

Van Agnes water naar Steve Irwin
Deze ochted was het slalommen tussen de fietsers door. Er is hier een meerdaagse fietstocht gaande en twee dagen geleden kwamen we ze ook al tegen. Toen waren we net voor de meutte uit, vandaag zitten we er midden in. Kilometers lang tussen de fietsen door laveren. Overigens een perfect georganiseerd gebeuren met overal waarschuwingsborden en eet en drink stops. Maar erg opschieten doet het dus niet.

Even wachten...
Een Italiaans restaurant op de luchthaven van Helsinki met de naam "Pronto". Snelle bediening dus zou je zeggen, toch meld de serveerster bij bestelling meteen dat het wel een half uurtje gaat duren. Druk, druk, druk. Niet dat het veel uitmaakt want op het departures bord knippert al sinds uren de mededeling dat we om 22:00 meer info krijgen over de status van onze vlucht. En dat terwijl we om 20:00 zouden vliegen. Rustig afwachten dus, op vlucht en pizza.

Koloniaal en kust
Inmiddels zijn we in de historische koloniale hoek van Brazilië. Deze provincie heet Minas Gerais, een mijnstreek. Het stadje waar we zijn is Ouro Preto.. Prachtig gelegen op de hellingen van de heuvels hier. Wel serieus klimmen zo nu en dan want een rondje door de stad is toch al snel vier keer heuvel-op, heuvel-af. Het hele centrum is voorzien van keien in de straten, ze liggen er al eeuwen. En vol met al die fraaie huizen van honderden jaren oud. En vooral kerken. Een stuk of tien, alleen al in het centrum.

Acht dagen Galapagos
We vliegen vanuit Quito via Quayaquil naar de eilanden. Op het vliegveldje van het eiland San Christobal is het een tijd lang wachten op de bagage. Maar het moet dan ook allemaal met het handje worden uitgeladen en vervolgens mag je een voor een uit de ruimte voor bagage je eigen tas zoeken.Terwijl we staan te wachten komt er al iemand langs die alle reizigers van de Monserrat probeert te verzamelen. En dat is onze boot! Het is Williams, onze gids voor de komende week. Met een busje gaan we naar de haven en vervolgens met een klein bootje naarn de Monserrat, eindelijk aan boord!

Langs de oever van Issyk Kul
Keurig op de afgesproken tijd komt ons ‘mannetje’ voor rijden. De komende dagen gaan we op pad met Ermek en zijn Ford Maverick. De eerste indruk is gelijk goed, aardige gast en de auto ziet er ook uit alsof hij met gemak een rondje Kirgizië kan doen.We rijden eerst naar Jeti Oguz, vlak in de buurt van Karakol. Het is een rij van zeven rode rotsen die uit het landschap opreizen. Ze worden ook we de ‘Seven Bulls’ genoemd naar een oud verhaal.